Little women

Niet onaardig

Eigenlijk klinkt dat juist heel onaardig, hè? Als ik een boek samenvat als ‘niet onaardig’. Maar zo bedoel ik het niet. Ik vind het echt niet onaardig. Het is geen slecht boek, geen vervelend boek, geen saai boek, geen vreselijk boek. Maar ik kan voor mezelf ook niet zeggen dat ik het een goed boek vond.

In Little women volgen we de vier zussen van het gezin March: Meg, Jo, Beth en Amy. Ze wonen samen met hun moeder in een klein huisje; hun vader vecht in de Amerikaanse burgeroorlog en dus moeten ze het met hun vijven rooien. Alle vier de zussen hebben ieder een eigen uitgesproken persoonlijkheid. Meg is de oudste en zorgzame, Jo de schrijfster vol fantasie en een beetje jongensachtig, Beth is de liefste en heel verlegen, Amy is de jongste en vooral met zichzelf, haar uiterlijk en haar tekenkunst bezig. Samen vormen ze een bont gezelschap dat, samen met buurjongen Laurie, van alles meemaakt.

Little women is echt een kinderboek, dat maakt het verhaal wat simpeler. Aan de andere kant is het geschreven in 1868, dus is het Engels niet altijd even makkelijk. De bijbel en het geloof spelen een enorm belangrijke rol in het boek, eentje waar je echt niet omheen kan. Persoonlijk heb ik daar niet zoveel mee, waardoor ik wat meer afstand tot het verhaal kreeg.

Op zich is het echt wel een aardig verhaal, maar voor mij geen topper. Te oud, te ongelovig, te modern? Wie weet. Maar ik kan wel weer een klassieker van mijn lijstje strepen.

De jongen, de mol, de vos en het paard

Troostrijk, lief verhaal

Ze zeggen altijd dat je een boek niet mag beoordelen op basis van alleen de kaft. Toch vind ik dat dat soms wel mag. Dat deed ik namelijk bij De jongen, de mol, de vos en het paard en het boek zelf viel zeker niet tegen!

In dit boek, wat eigenlijk meer kunst dan literatuur is, gaat een jongen op pad. Onderweg raakt hij bevriend met een mol, een vos en een paard. De jongen is onzeker en bang en stelt veel vragen. Zijn kameraden beantwoorden zijn vragen, ieder op hun eigen manier. Allemaal hebben ze hun eigen persoonlijkheid, hun eigen angsten en hun eigen wijsheid. Door dat met elkaar te delen, helpen ze elkaar op weg. En dat is heel erg mooi.

Dit boek stal mijn hart. Al aan de kaft kon ik zien dat de tekeningen wonderschoon zijn. De wijsheden zijn misschien wat cheesy, maar toch bieden ze troost. Ze worden geenszins opgedrongen als waarheden, al zijn ze dat denk ik wel. Het is gewoon een heel lief en mooi verhaal.

Ik las niet alleen de tekst en keek naar de tekeningen: ik beroerde de tekeningen, volgde de lijnen en inktvegen met mijn vinger en wilde zo ín de prent verdwijnen. En al die tijd met een glimlach op mijn gezicht. En in deze pandemie is die glimlach me heel veel waard.

The ocean at the end of the lane

Buitengewoon vreemd en een beetje spooky

Nu ik weer begonnen ben met wandelen, heb ik ook de oude liefde voor audioboeken weer opgepakt. Ik loop nog geen wereldafstanden, dus het duurt even voor ik dan door zo’n audioboek heen ben (luister het alleen tijdens het lopen), maar over The ocean at the end of the lane heb ik wel heel lang gedaan.

Ik kwam van een ontzettend leuk audioboek vandaag (Dawn French als ik me niet vergis) en het begin van deze jeugdroman van Neil Gaiman was niet meteen heel pakkend. Hij was een beetje raar… En toen kwam er ook nog eens een periode van algehele onfitheid van mijn kant, met als gevolg: het heeft zeker driekwart jaar geduurd voor ik weer verder ging luisteren.

In dit boek komt een man in zijn geboortedorp en ziet hij een huis aan het einde van de laan dat hij ineens herinnert als het huis van Lettie. Vervolgens gaan we terug in zijn herinnering hoe hij als negenjarig jongetje Lettie leert kennen. Wat volgt is een buitengewoon fantastische periode waarin de jongen meermalen moet vluchten voor zijn leven en op allerlei manieren wordt aangevallen door vreemde, nietwereldse wezens. Alleen Lettie kan hem nog redden van deze allesverslindende monsters, maar de vraag is of haar dat gaat lukken.

Het is een beetje een wazige omschrijving, maar het verhaal is ook een beetje wazig. Het is sprookjesachtig, maar dan duister; spooky. Ik vond het best een eng boek voor een jeugdboek. Het is duidelijk geen kinderboek; de jongen wordt getroffen door een soort van vleesetende worm, een monsterlijke nanny en vleesverscheurende ‘hungerbirds’. Het lijkt lange tijd vrij uitzichtloos.

Het boek is uit; het voordeel van een audioboek is dat je daar behalve luisteren vrij weinig voor moet doen. Ik kwam niet echt ín het verhaal, maar dat zal te maken hebben met het feit dat ik bijna een jaar lang níet geluisterd heb. Maar de omstandigheden en de personages zijn mij ook een beetje te vreemd. De kostganger die bij de jongen en zijn gezin inwoont vind ik te ongeloofwaardig. De ouders van de jongen vind ik te ongeloofwaardig. De zus van de jongen ook. Eigenlijk is die gekke Lettie (en haar moeder en oma), die een soort van bovennatuurlijke entiteit is maar toch ook weer niet, nog het meest geloofwaardig.

Nu ben ik over het algemeen wel fan van sprookjes, dat mag ook best een beetje eng zijn. Maar dit boek is voor mij een meh… Eentje die, ondanks dat hij toch lang op mijn wishlist heeft gestaan, waarschijnlijk snel genoeg naar de achtergrond en vergetelheid zal verdwijnen.