Geachte heer M.

Spanningsdip op tweederde van het boek, jammer

Geachte heer M.Het oog wil ook wat, ook als het gaat om boeken lezen. Ik weet het, never judge a book by his cover is een wijze levensles, maar als een boek een mooie kaft (en rug!) heeft is dat toch ook erg fijn. En het staat zo mooi in de kast!

Ik had al twee boeken van Herman Koch in de kast staan, beide met een mooie, prachtige kaft. Het diner heeft een mooi hardblauw kleurtje, dikke witte en gelige letters. Zomerhuis met zwembad heeft eenzelfde aanblik, alleen is het blauw vervangen door helderrood.
Nu staat er een derde boek van Koch naast: Geachte heer M. Behoorlijk gehypet, gezien de populariteit van Koch in binnen- en buitenland is dat ook niet zo gek. Maar het boek ziet er ook gewoon (weer) gaaf uit! Hardcover, een mooie papieren flap eromheen dat zich rondom het boek vouwt waardoor het eruit ziet als een postpakketje. En laat nu juist zo’n pakketje ook een grote rol spelen in het verhaal!

Het verhaal is opgedeeld in hoofdstukken die elk vanuit het perspectief van enkele personages verteld worden. Het gaat om de auteur (de heer M.), zijn onderbuurman die freakishly geobsedeerd is door het leven van M. en zijn vrouw, en een zeventienjarige scholiere die met haar vriend een catastrofaal weekendje doorbrengt in het vakantiehuisje van haar ouders.

De perspectiefwissel is goed bedacht, het houdt ook de spanning in het verhaal. Alhoewel het deel dat door het meisje wordt verteld op een gegeven moment wat gaat vervelen. Het is mooi om te zien hoe het verhaal zich stukje voor stukje verder onthuld, elke keer vanuit een ander perspectief belicht.

Verder vond ik het geen uitermate spannend boek, ik had al vrij snel door hoe de vork in zijn steel zat. Aan de ene kant jammer, aan de andere kant is het boek een roman en niet zo zeer een detective, waarvan het doel is om de lezer zo lang mogelijk in spanning te houden.

Eigenlijk heb ik over Geachte heer M. eenzelfde mening als de andere twee boeken van Herman Koch. Mooi verpakt, goed verzonnen verhaal, maar in de loop van het boek zakt de spanning in waardoor het verhaal zich voortsleept zonder een doel te lijken hebben. Gelukkig komt het qua verhaal en einde ook in Koch’s derde boek weer ‘goed’, maar het blijft zonde van de spanningsdip op tweederde van het lezen.

Voor ik ga slapen

Gewoon lekker spannend!

Voor ik ga slapenEen vrouw wordt elke ochtend wakker zonder geheugen. Datgene wat Christine de dag ervoor heeft meegemaakt en beleefd, weet ze niet meer. Ze weet nog vaag wie ze is en kan zich wat van haar jeugd en studietijd herinneren. Maar wie haar man is, waar ze woont en hoe oud ze is, dat is ze kwijt. Elke morgen leert haar man haar wie ze is, wie hij is en hoe gelukkig ze zijn met elkaar. Een zware opgave, maar hij houdt van haar en heeft het voor haar over. Toch…?

Dit is weer eens een ‘lekker spannend’ boek. Niet al te moeilijk, gewoon lekker lezen, lekker speculeren en lekker van de spanning nog een hoofdstukje lezen voor je echt naar bed toe gaat. Dit boek was dan ook zo uit. Heerlijk lekker dus.

Op zich is het een redelijk voorspelbaar boek; natuurlijk ontdekt Christine (omdat ze een dagboek bij is gaan houden) dat het één en ander niet klopt. En natuurlijk weet ze niet of ze haar man, de vriendelijke dokter of die hervonden hartsvriendin kan vertrouwen. En ligt het inderdaad aan de mensen om haar heen of haalt ze zelf verzinsels en herinneringen door elkaar? Hoe weet ze dat de dingen die ze heeft opgeschreven niet gewoon fantasieën zijn? Zelf kan ze immers niets herinneren.

Nou ja, ondanks dat het een en ander wel te raden en in te vullen is en de spanning klassiek wordt opgebouwd naar een climax zoals je mag verwachten in zo’n verhaal, is het gewoon een lekker boek. Lekker lezen!

De vrouw van hierboven

Claire Messud – De vrouw van hierboven: sympathieke roman, spannend tot de laatste pagina

De vrouw vaan hierboven‘Ik ben al op de helft van mijn leven, of misschien al over de helft, en ik ben me er eindelijk van bewust dat ik mijn leven in handen heb. Ik heb vertrouwen in andere mensen gehad, heb geloofd, was geduldig, terwijl ik wachtte op míjn moment… Nu is het genoeg geweest. Wie heb ik voor de gek gehouden?’

Nora Eldridge is altijd een braaf meisje geweest: een goede dochter en collega. Ze geeft les op een basisschool in Cambridge, Massachussetts en wordt op handen gedragen door de kinderen en hun ouders. Maar haar werkelijke passie ligt bij kunst. Kunstenaar zijn is haar roeping, daarvan is ze overtuigd. Dan komt Reza Shahid bij haar in de klas, acht jaar oud. Reza’s vader werkt aan Harvard; Sirena, zijn moeder, maakt kunstinstallaties en staat op het punt internationaal door te breken. Nora voelt zich aangetrokken tot het gezin en is een jaar lang intens bevriend met hen. Of, althans, dat denkt ze. Haar bevrijding uit het oude leventje met de ingesleten gewoonten is echter niet zoals ze had gehoopt… en dan blijkt dat niets meer privé is.

“Wat een aanstelster,” was gedurende de eerste hoofdstukken mijn mening over Nora. Jaloers op een kunstenares omdat zij wel succesvol is en ze zelf als basisschoollerares nooit verder dan kunst als hobby is gekomen.

Daarna veranderde mijn mening naar sneu. Hoe ze helemaal opgaat in haar rol als vriendin, op het obsessieve af. Bijzonder ook om te lezen hoe ze zichzelf voelt transformeren van grijze muis (de anonieme vrouw van hierboven, van wie je nooit iets hoort, die altijd beleefd en beheerst is) naar creatieveling. En ook al is het duidelijk dat ze op alle vlakken gebruikt wordt door haar nieuwe ‘vrienden’, ze bloeit op.

En dan in het laatste deel valt alles op z’n plek en snap ik het. Ik snap haar gevoel en zie ook dat het niet alleen maar om een midlifecrisis gaat. Bijzonder vind ik dat, als een boek je zo kan verrassen, je zo van mening en gevoel kan laten veranderen.

Wat ik wel eigenaardig vond en ik nog steeds niet kan plaatsen, is het leven dat Nora leidde in New York, als gesjeesde yup. Het strookt niet met de rest van het verhaal, met haar geschetste bedeesdheid en ingetogenheid. Hoe kan iemand een grijze muis zijn terwijl ze tien jaar ervoor nog geld zat had en in designerkleding de wereld over reisde (eerste klas) voor haar werk? Een ongeloofwaardige geschiedenis en wat mij betreft voegt het ook niets toe. Het heeft in ieder geval weinig betekend voor haar karaktervorming; ballen heeft ze er niet van gekregen.

Buiten dat is het een vermakelijk verhaal. Nora heeft het geluk niet aan haar kant staan, maar is een warm, liefdevol en grappig personage. Haar liefde voor haar nieuwe vrienden is ontluisterend, net als de twijfel die het bij haar oproept. Haar twijfels over zichzelf, dat wat ze doet en wat ze voor anderen betekent is voor iedereen herkenbaar, waardoor dit een sympathiek boek is om te lezen. Boeiend, grappig, vertederend en schokkend tot de laatste pagina.

Het hart van de mens

Jón Kalman Stéfansson – Het hart van de mens: mooie afsluiter van de trilogie

Het hart van de mensDe naamloze jongen en zijn vriend Jens zijn gered uit een sneeuwstorm. In het gehucht waar ze zijn opgevangen ontmoet de jongen Andrea, die hij maar niet uit zijn gedachten kan zetten. Na vele omzwervingen keert hij terug naar het dorp en naar het café met de eigenzinnige eigenares, Geirthrud, en Kolbein, de oude, blinde kapitein. De jongen is echter veranderd, hij laat zich niet meer zo door anderen leiden en neemt zijn eigen beslissingen. Hij is vastbesloten te kiezen voor de liefde en niemand kan hem daarvan weerhouden.

Na de cliffhanger van Het verdriet van de engelen kan ik niet snel genoeg beginnen aan het derde en laatste deel van deze trilogie. Maar meteen al op de eerste pagina’s is de sfeer veranderd. Hij is grimmiger, een tikkeltje neerslachtig. En dat terwijl de eindeloze sneeuwstormen eindelijk zijn gaan liggen, het wordt lente en de sneeuw trekt zich langzaam terug de bergen in. Het is duidelijk dat het avontuur van de jongen in de eerste twee boeken niet in zijn koude kleren is gaan zitten; hij is een deel van zijn onschuld verloren, minder naïef en worstelt met het vormen van zijn eigen gedachtes, mening en persoonlijkheid.

Zolang ik over de jongen lees, blijf ik geboeid. In dit boek komt ook de macht van de rijke dorpsbewoners aan bod en wat dat betekent voor Geirthrud en de andere dorpsbewoners. Het perspectief in het boek zweeft zo van Geirthud naar de bankroete winkelier Snorri, de vrolijke Rakel met een diep verdriet in haar hart en de depressieve leraar Gisli. Ondanks dat deze personages niet onbekend zijn en ieder zo zijn of haar verhaal te vertellen heeft, merk ik bij mezelf dat mijn aandacht dan wat verslapt.

Halverwege het boek trekt de spanning weer aan. En dan is daar de lente. Het warme weer, de fluitende vogels, de zwierende grashalmen vormen de metafoor voor de gemoedstoestand van de dorpsbewoners. Het hart gaat leiden, niet langer de macht of het geld. Wederom is de taal poëtisch, haast filosofisch van aard. Toegegeven: daar ben ik niet altijd een fan van, maar Stefánsson overdrijft nergens echt, het voelt niet geforceerd, het is gewoon… Mooi. Een boek om bij weg te dromen en een mooie afsluiter van de trilogie. Al blijft nu wel die ene prangende vraag over: wat is nu zijn naam?

Het hart van de mens is het laatste deel van de trilogie over de naamloze jongen. Het is de opvolger van Hemel en hel en Het verdriet van de engelen.

Het verdriet van de engelen

Jón Kalman Stéfansson – Het verdriet van de engelen: knaller van een cliffhanger

Het verdriet van de engelenEen jongen – hij blijft naamloos – komt na een ijzige boottocht terug aan land. Hij rouwt om zijn beste vriend, die tijdens de boottocht om het leven is gekomen. Vertwijfeld en alleen zoekt hij een manier om zijn leven weer op te pakken en om het verlies te verwerken. Als de weken verstrijken ebt de impact van de gebeurtenissen wat weg. Hij wordt door Jens, de postbode, overgehaald om samen met hem post te bezorgen in een onbekend gebied. Een gevaarlijke tocht, die hen over de bergen en door sneeuwstormen naar het Winterstrand moet brengen.

Jens en de jongen zijn tegenpolen – Jens is zwijgzaam, de jongen hecht meer waarde aan de kracht van woorden dan aan stilte – en de reis wordt zowel een fysieke als een mentale

Dit is het tweede boek in de trilogie. Gek genoeg stoort het nog steeds niet dat de naam van de jongen niet bekend is. Dankzij zijn bizarre hersenspinsels, zijn open en naïeve manier van mensen en moeilijke dingen benaderen, en zijn warme grote hart weet je al zo veel van hem, dat zijn naam er simpelweg niet toe doet.

Het vorige boek was erg triest, met een hoopvol einde; een nieuwe toekomst voor de jongen? Dit boek wordt hij er op uit gestuurd door zijn nieuwe vrienden. Niet om van hem af te komen, maar om hem te laten leren. En om Jens, de zwijgzame postbode, te laten leren. De jongen leert het belang van zwijgen, de postbode het belang van praten. En vragen. Nooit stoppen met het vragen van waarom en hoezo.

Iets minder boeiend dan in Hemel en hel, het eerste boek, vind ik de enorme hoeveelheid sneeuw en sneeuwstormen. De jongen en Jens lopen continue in een storm. Ondanks dat Stefánsson de gave heeft om dit op een boeiende manier te omschrijven, word ik de sneeuw en het vreselijke weer wat zat. Net als de hoofdpersonages trouwens. Ik heb het geluk het te lezen vanaf mijn luie stoel, hun moeten er letterlijk doorheen zwoegen. Het biedt wel een mooie metafoor voor de stormen die in de hoofden van beide hoofdpersonages woeden. In die van Jens, terwijl hij worstelt met gedachten aan zijn bejaarde vader, zwakzinnige zus en de vrouw waar hij verliefd op is. En in die van de jongen, die altijd dacht dat woorden gelukkig maakten, maar gaandeweg zijn reis ontdekt dat niet altijd iedereen gelukkig wordt van boeken en literatuur.

Uiteindelijk is het de band tussen Jens en de jongen die me het verhaal intrekt. Het afwisselende aantrekken en afstoten, het moeten kunnen bouwen op elkaar in de zoveelste sneeuwstorm bovenop een berg en het wederzijdse respect dat ze langzaamaan voor elkaar weten op te brengen. En juist wanneer Jens een soort van breakthrough lijkt te krijgen, een soort van openbaring, gebeurt er iets vreselijks. En het verhaal stopt. Ineens. Een knaller van een cliffhanger. Potverdrie, nu toch snel aan boek drie beginnen!

Hemel en hel

Jón Kalman Stéfansson – Hemel en hel: ik houd hiervan!

Hemel en helTwee vrienden, Bárdur en de jongen, gaan met een groep op zee vissen. Daar worden ze overvallen door een storm, waarbij Bárdur onderkoeld raakt en steft. Hij was zijn warme jas vergeten mee te nemen, omdat hij vlak voor het vertrek naar zee nog een paar mooie regels uit Paradise Lost van Milton wilde lezen.
Na zijn dood gaat de jongen, radeloos door het verlies van zijn vriend, op reis om het boek terug te brengen naar de man die het uitleende.
Hemel en hel is een prachtige en aangrijpende roman over vriend- en vijandschap, armoede en rijkdom, leven en dood, de hemel en de hel.

Vanaf de eerste pagina word ik meegenomen door de mystieke wereld van het ijzige IJsland. Sneeuw, rotsen, donker water en snijdende wind. De schrijfstijl van Stefánsson is haast poëtisch, mooi en beeldend. Je moet wel open staan voor de vele omschrijvingen van sneeuw en ander natuurgeweld en de vele hersenspinsels van met name de jongen, anders wordt het misschien wat te langdradig. Dat is echter niet zoals ik het ervaar. Ik vind het prachtig.

Het verhaal is verdrietig, een jonge man die na zijn vader, moeder en zusje nu ook zijn beste vriend verliest. De emoties van de jongen, de radeloosheid, worden prachtig omschreven en het kille winterweer van IJsland vormt het boeiende toneel van het immense verdriet. Maar behalve triest is het vooral een erg mooi verhaal. Het is een verhaal van tegenstellingen, zoals hierboven al wordt samengevat. Het is in- en intriest, maar ook heel erg hoopvol. Het is duister, maar tussen de sneeuwvlokken door schijnt de zon. De dorpsbewoners vormen de komische noot met elke hun eigen kleine portie verdriet en geluk. De jongen belandt van de hel in de hemel, maar in zijn hoofd woedt nog steeds een oorlog tussen alle emoties.

De schrijfstijl doet me denken aan Tommy Wieringa, die ook een prachtige sfeer weet neer te zetten en diep in de motieven en twijfels van zijn hoofdpersonages duikt. Het terugkerende thema van boeken, woorden en literatuur heeft weer iets weg van de boeken van Carlos Ruiz Zafón, die eveneens goed is in het creëren van de mystieke sfeer die ook in Stefánssons boek een grote rol speelt.

Wat kan ik verder nog over Hemel en hel vertellen? Ik houd hiervan. Het gevoel van echte personages en echte emoties in een schitterende setting. Hemel en hel is het eerste boek van een trilogie over de naamloze jongen. Ik kan niet wachten om met het volgende boek te beginnen!

De schok van de val

Nathan Filer – De schok van de val: ontroerende geschiedenis in de hoofd van een schizofreen

De schok van de valMatthew is opgenomen in een inrichting en houdt daar een dagboek bij over zijn jeugd. Toen hij negen was overleed zijn oudere broer Simon: een keerpunt in Matthew’s leven. Met onderkoelde humor schrijft Matthew op wat hij sindsdien heeft meegemaakt. Hij schrijft over zijn meoder, zijn beste vriend, maar bovenal over Simon. En hij beseft dat hij een buitengewone daad moet verrichten om zijn broer te herdenken.

Er gebeurt niet zo bijzonder veel in dit boek, maar in het hoofd van Matthew des te meer. Het ene moment is hij boos, op alles en iedereen. Hij raakt in een soort van psychose en sluit zich af voor iedereen. Het andere moment omarmt hij de mensen waar hij van houdt weer en heeft hij hen hard nodig.

Vanaf de eerste pagina stap je in het hoofd van Matthew. Hij vertelt verward, maar soms ook ijzingwekkend helder zijn verhaal. Ondanks dat het van de hak op de tak vliegt (zoals het ook in Matthew’s hoofd voelt), vloeien er een prachtig verhaal en trieste geschiedenis samen in de schrijfsels van een schizofrene, verdrietige, eenzame 18-jarige.

Het is echt een ontroerende roman, ondanks dat Matthew soms zo door zichzelf en zijn overleden broer geobsedeerd is dat hij de mensen om zich heen onbeschrijfelijk veel kwetst. Ik voel echt met hem mee, met zijn verdriet, en wat het met hem doet. Wat mij betreft een ijzersterk debuut van Nathan Filer en een belofte voor de toekomst.

Boektrailer

Reeds gepubliceerd op theSword.nl

De rode kamer

Nicci French –  De rode kamer: beetje standaard, leest wel lekker weg

De rode kamerKit Quinn werkt met geesteszieke criminelen. Ze raakt gewond als ze een verdachte ondervraagt die door de politie wordt vastgehouden. Tijdens haar herstel roept de politie haar hulp in bij een eenvoudige zaak. Het lichaam van een zwerfster is aangetroffen bij een kanaal in Londen. De politie heeft een verdachte en een bekentenis – van dezelfde man die Kit heeft aangevallen. Maar de kwestie blijkt allerminst eenvoudig. Naarmate Kit zich er meer en meer in verdiept – in het verhoor van de politie, in de getroebleerde geest van de verdachte, in de eenzame wereld van het mysterieuze slachtoffer – wordt het geheel steeds complexer en duisterder. Als Kit nieuwe verbanden en misdaden ontdekt, raakt ze betrokken in een verbijsterende zaak, die haar dreigt te vernietigen.

Op vakantie heb ik die boek in een paar dagen uitgelezen. Het is geen slecht verhaal, het leest lekker vlot weg en is bij vlagen nog spannend ook. Maar ook behoorlijk standaard. Op het moment dat ik op de eerste paar pagina’s van het boek ontdek dat Kit de hoofdrol speelt, ga ik meteen al ‘op zoek’ in de mannelijke personages naar wat haar potentiele liefdesaffaire zal worden. Want zo gaat dat in dit soort boeken: onzekere vrouw maar goed in haar werk zal verliefd worden op één van de politiemannen/verdachten. En inderdaad was dat het geval. Een ander herkenbaar element is het schijnbaar oplossen van de zaak als je nog niet eens op de helft bent van het boek. Goh, wat nu, nu het al is opgelost. Ah daar hebben we het al! We bedenken ineens een andere invalshoek, een nieuw bewijsstuk, een vrouwelijke intuïtie. En we gaan weer verder met het ontrafelen van het mysterie.

Nogmaals: het is geen slecht boek. Maar het is een dertien in dozijn verhaal. Als je ervan houdt, vast spannend en boeiend. En anders is het een lekker lees-snackje tijdens een ontspannen vakantie, zoals het in mijn geval was.

Het huis op de klif

Charlotte Williams – Het huis op de klif: eentje in de categorie ‘leest lekker weg’

Het huis op de klifDe jonge Gwydion Morgan klopt aan bij de psychotherapiepraktijk van Jessica Mayhew, in de hoop dat zij hem kan helpen met zijn fobieën. Hij is de zoon van een beroemde regisseur, en zelf een getalenteerde acteur. Gwydions bezoek valt samen met een moeilijke periode in Jessica’s leven, want haar man gaat vreemd met een veel jongere vrouw. Kan ze het hem vergeven, of zal ze een punt achter hun jarenlange huwelijk zetten?
Op aandringen van Gwydion bezoekt Jessica het landhuis van de Morgans, prachtig gesitueerd op een klif aan een baai. Op deze bijzondere locatie ontdekt Jessica dat de au pair van de familie onder verdachte omstandigheden is verdronken. Zou dit drama de oorzaak zijn geweest van Gwydions angsten?
In haar zoektocht naar de ware toedracht raakt Jessica verstrikt in de familieperikelen van de rijke Morgans. Ondertussen kan ze haar eigen problemen ook niet vergeten en ziet ze zich voor moeilijke beslissingen gesteld.

Dit is een thriller in de categorie ‘leest lekker weg’. Echt een vrouwenboek ook. Want als blijkt dat Jessica zich aangetrokken voelt tot de jonge knappe acteur, krijgt het boek bij vlagen een bouquetreeks-achtige stijl wanneer er tot in detail ingegaan wordt op de strakke t-shirts, idem buikspieren en groene ogen van Gwydion. Aan de andere kant, en dat is eigenlijk wel het mooie van dit verhaal, is Jessica natuurlijk een psychotherapeut en weet ze haar gevoelens te ontnuchteren tot simpele aantrekkingskracht, feromonen en vluchten uit haar slechte huwelijk. Dus het ene moment lees je een gedetailleerde kledingomschrijving van het lustobject, terwijl je op een andere pagina quotes leest van Freud en zijn assistent Jones en waarin het oedipuscomplex uitgelegd wordt. Samenvattend zou je kunnen zeggen dat het een intelligente, psychologische vrouwenthriller is.

Het speelt zich af in Cardiff en het westen van Wales, met dramatische natuur en prachtig herfstweer. Het Welshe weer en de natuur zorgen voor de extra drukkende lading op het verhaal en de omschrijvingen maken dit boek erg beeldend; je ziet de kliffen, de zee en de uitgebreide weidevlaktes als het ware voor je. De spanning in het verhaal vind ik halverwege het boek wat inzakken, als het mysterie rondom de dood van de au pair al opgelost lijkt. Gelukkig is het wat dat betreft een goede thriller en zorgt een onverwachte plotwending ervoor dat het tot de laatste pagina alsnog spannend en verrassend blijft.

Reeds gepubliceerd op theSword.nl