Het wonderlijke verhaal van de man die van India naar Zweden fietste voor de liefde

Hartverwarmend en betoverend

Wat een loei van een titel heeft dit boek! Het wonderlijke verhaal van de man die van India naar Zweden voor de liefde van Per J. Andersson. Het doet qua titellengte denken aan De zonderlinge avonturen van het geniale bommenmeisje of De 100-jarige man die uit het raam klom en verdween. Beide van ook al een Zweedse auteur: Jonas Jonasson. Wellicht dat alles in Zweden een lange titel heeft.

Aan de andere kant vat de titel het boek perfect samen! PK wordt in een klein dorpje geboren in India met een profetie waarin voorspeld wordt dat hij met een muzikale vrouw zal trouwen, niet uit zijn dorp, regio of zelfs land en die vrouw heeft als horoscoop ‘stier’.

Jaren later, na een moeizame jeugd en studentenbestaan waarbij hij zelfs al drie keer geprobeerd heeft om een einde aan zijn leven te maken, ontmoet PK precies zo’n dame: de Zweedse Lotta. Hij schildert haar portret bij een fontein in New Delhi en ze trekken een aantal weken samen op. Als Lotta daarna weer teruggaat naar Zweden, kan PK maar aan één ding denken: hoe kom ik zo snel mogelijk weer bij mijn Lotta, de liefde van mijn leven, de vrouw waarmee ik wil trouwen?

Uiteindelijk kiest PK voor de fiets en start aan een, zoals de titel het al verklapt, wonderlijke reis van India via Pakistan, Afghanistan, Iran en Turkije naar Zweden. Daar kan hij eindelijk zijn Lotta weer in de armen sluiten.

Per Anderson schrijft het verhaal goed op; het leest heel fijn. Hij begint bij de jonge PK die nog in zijn nakie door de jungle van Orissa rent. Ondanks dat het een vrij ingewikkeld verhaal is, weet Andersson het kastesysteem waar PK zo onder lijdt, prima uit te leggen. Ook de vele religies die in India bedreven worden, de vele heiligen en de nog altijd invloedrijke rol van de Engelsen komen aan bod.

Iemand heeft ooit eens tegen mij gezegd, iemand die in India is geweest, dat in India alles mogelijk is. Alles wat je je niet kunt voorstellen. Het is dan ook bijna te bizar voor woorden als ik lees dat PK letterlijk onder bruggen en in stationshallen slaapt, dakloos is, maar toch premier Indira Gandhi mag komen schilderen in haar paleis. En zo overkomen PK wel meer onvoorstelbare dingen.

PK heeft zelf ook geen verklaring voor die wonderlijke momenten die hij meemaakt, maar hij staat daar verder ook niet te lang bij stil. Hij gelooft in het lot, zijn profetie en heeft als overtuiging dat het gewoon zo had moeten zijn.

Mooi is dat toch? Als je gewoon je schouders op kunt halen en denken ‘ach, het zal wel zo moeten zijn.’ Het is geen filosofie die ik zou kunnen toepassen op mijn eigen leven, daar ben ik veel te eigengereid voor, maar het heeft wel iets magisch. Ondanks tegenslagen en obstakels komt alles toch nog goed. Zoals het had moeten zijn. Het wonderbaarlijk warm liefdesverhaal dat leest als een sprookje: en ze leefden nog lang en gelukkig!

De zonderlinge avonturen van het geniale bommenmeisje

Wederom een bizar en droogkomisch avontuur van Jonas Jonasson

De zonderlinge avonturen van het geniale bommenmeisje---jonas-jonasson[0]Met zijn debuutroman De 100-jarige man die uit het raam klom en verdween brak Jonas Jonasson wereldwijd door en stond hij in één klap op nummer één van menige bestsellerlijst. Nog steeds verkoopt het boek erg goed, het is dan ook een ontzettend grappig en slim geschreven boek. Zijn tweede boek heeft qua omslag een zelfde opmaak en de titel is al even onhandzaam lang: De zonderlinge avonturen van het geniale bommenmeisje. En ook dit verhaal is weer even bizar en enorm komisch verteld.

Nombeko groeit op in een Zuid-Afrikaanse sloppenwijk en is een boven intelligent meisje. Ze leert zichzelf rekenen en later met enige hulp ook lezen. Door niemand voorziene omstandigheden en twists en turns in het verhaal (die eerlijkgezegd ook alleen maar Jonasson kan verzinnen) belandt ze met een kernbom in een kussenmagazijn in Zweden. Niemand weet van de bom, behalve zij en de kussenhandelaar. Samen met hem en zijn simpele tweelingbroer, een jonge boze vrouw, een achterdochtige Amerikaanse pottenbakker, een drietal Chinese zusjes en de koning van Zweden zoekt Nombeko gedurende het verhaal naar een oplossing voor de bom in al even bizarre omstandigheden, achtervolgingen en familieruzies.

De personages zijn allen wederom weer pareltjes van figuren, elk met hun eigen droge humor, onhebbelijkheden of bijzondere hobby’s. Hoe krijg je het verzonnen, vraag je je regelmatig af tijdens het lezen.

Ik vind dit boek pittiger om te lezen dan De 100-jarige man. Veel wereldgebeurtenissen, en dan vooral op politiek vlak, passeren in dit boek de revue. Daardoor kost het me meer concentratie en focus om te begrijpen wat er aan de hand is en wat voor een rol de personages hierin hebben. De humor van Jonasson redt de boel dan vervolgens weer: hij beschrijft de wereldgeschiedenis als ware het onderdeel van zijn eigen slapstick humor, alleen is dit dan écht gebeurd. Wat mij betreft had het boek desondanks wat dunner mogen zijn, het verhaal is hier en daar wat langdradig.

Ondanks dat is Jonasson er wederom in geslaagd een geinig boek neer te pennen. Wat lijkt het mij heerlijk om een dag met deze man op te trekken en live van zijn humor te kunnen genieten. Ik word zo vrolijk van zijn fantasie. Het is dus te hopen dat er snel weer een boek volgt met zo’n onhandige lange titel!

Bijna zijn wij aan de beurt

Elisabeth Åsbrink – Bijna zijn wij aan de beurt: vreemde mix van non-fictie en fantasie

Bijna zijn wij aan de beurtFebruari 1939. Vanuit Wenen, dat dan al door de nazi’s bezet is, vertrekt een geheim kindertransport naar Zweden: de Zweedse regering laat geen volwassen vluchtelingen toe, maar voor honderd Joodse kinderen gaan de grenzen tijdelijk open. Ook Otto, enig kind van Josef en Elise Ullmann, wordt zo in veiligheid gebracht. Door een bizarre speling van het lot wordt Otto knecht in het gezin van Hitler-aanhanger Kamprad. Ondanks de tegenstellingen tussen hen raken diens zoon Ingvar (de latere oprichter van IKEA) en Otto met elkaar bevriend. In Wenen wordt de situatie voor Joden met de dag nijpender en Josef en Elise verliezen de hoop ooit met hun zoon herenigd te worden.

Dit aangrijpende verhaal is gebaseerd op interviews, documenten van de geheime dienst en meer dan vijfhonderd brieven die Josef en Elisa Ullman aan hun zoon Otto schreven.

Bijna zijn wij aan de beurt onthulde in Zweden dat de oprichter van IKEA tijdens de oorlog lid was van de nazi-partij en dat hij ook na de oorlog bleef sympathiseren met extreem-rechts gedachtegoed.

Het verhaal van de dan nog dertienjarige Otto die op de trein is gezet door zijn ouders, op weg naar Zweden, is bijna helemaal gereconstrueerd  aan de hand van honderden brieven die bewaard zijn gebleven. Het zijn de brieven die Otto’s ouders hem nagenoeg elke dag schreven om hun zoon hoop in te spreken, hem te troosten, te vertellen over de ditjes en datjes in Wenen en hoeveel  ze hem missen.

Tijdens het schrijven van dit boek is Otto Ullman overleden, dus heeft de schrijfster veel gesproken met zijn kinderen en de mensen met wie hij omging in Zweden. Ondanks dat het een prachtig verhaal is geworden, is wat mij betreft de vraag in hoeverre het écht is en in hoeverre het de fantasie van de schrijfster is geweest die de blanke pagina’s, de gaten in de geschiedenis van Otto, heeft gevuld met fictie.

Daarnaast gaat een heel groot deel van het boek over de positie die Zweden innam tijdens de regeringsperiode van Hitler in Duitsland, de overheersende overtuiging van het Zweedse volk jegens de Joodse immigranten en het rechtse verleden van IKEA-oprichter Kamprad. Ondanks dat deze elementen allemaal toegevoegde waarde bieden aan het verhaal van Otto, treden ze naar mijn mening wat te veel op de voorgrond in het boek. Zo is het een vreemde mix geworden van non-fictie en vrije interpretatie van de feiten of zelfs van het ontbreken hiervan.

Bijna zijn wij aan de beurt is geen roman en noemt zichzelf non-fictie. Met dat laatste heb ik een beetje moeite, maar feit is dat het een meeslepende geschiedenis is. De brieven in het boek zijn echt en raken je in het hart. Tussen de regels door lees je de wanhoop van de ouders en het gemis van de jonge Otto in het onbekende en verre Zweden.  Als je geïnteresseerd bent in de Zweedse geschiedenis, dan is dit boek interessante lectuur. Als dat je minder boeit, dan is het best pittig om het uit te lezen.

Reeds gepubliceerd op www.theSword.nl

De 100 jarige man die uit het raam klom en verdween

Jonas Jonasson – De 100 jarige man die uit het raam klom en verdween: de Zweedse Forrest Gump

de 100 jarige manAllan wordt 100 en dat wordt groots gevierd in het bejaardentehuis, behalve dan dat de jarige het op zijn heupen krijgt en kort voordat het feest losbarst, vertrekt. De tijd die hem rest kan hij beter besteden, vindt hij en hij klimt uit het raam en verdwijnt. Pers en burgemeester hebben het nakijken.

Allan is een nuchter type dat weinig tot geen angst kent en die verder niet al te lang stilstaat bij zijn beslissingen, maar ad hoc handelt en het avontuur op zijn hoogbejaarde leeftijd niet schuwt. Met alle gevolgen van dien. De vaart houdt hij er in elk geval in, want vanaf het moment dat hij het bejaardentehuis verlaat, wordt De 100-jarige man die uit het raam klom en verdween een soort roadtrip waarbij de lezer de memorabele avonturen van de 100-jarige meemaakt – zo let hij even op een koffer voor iemand die maar niet terugkomt en dus gaat de koffer mee de bus in, maar er blijkt enorm veel (maffia)geld in te zitten, hetgeen woeste achtervolgingen tot gevolg heeft –, ook verzamelt Allan een bonte club figuren om zich heen in een zwaan-kleef-aaneffect. Tegelijkertijd passeren de memorabele momenten uit zijn leven én die van de twintigste-eeuwse geschiedenis de revue, met Allan als wel heel bijzonder gezelschap.

De vergelijking met het populaire filmpersonage Forrest Gump is al snel gemaakt tijdens het lezen van dit boek. Ondanks het gebrek aan intelligentie bij Gump reisde hij heel de wereld rond, ontmoette veel prominente personen en verkreeg, bij toeval, een succesvolle carrière als garnalenboer. Het hoofdpersonage in dit boek, Allan, is weliswaar niet dom, maar verliet al op jonge leeftijd de lagere school. Ondanks zijn korte opleiding werd hij echter ’s werelds belangrijkste bommenexpert en reisde hij ook de aardbol rond waarbij hij alle belangrijke wereldleiders uit de jaren veertig, vijftig én zestig de hand schudt. Ook hij leidt zijn leven op basis van toeval. Zo lang Allan niet over politiek hoeft te praten en op tijd van zijn brandewijn kan genieten, vindt hij alles goed.

Hoofdpersonage Allan is prachtig neergezet door schrijver Jonasson, waardoor je meteen in het verhaal zit en met hem meeleeft. Dat hij af en toe wat onwaarschijnlijke beslissingen neemt, maakt niet uit. Ook de vrienden die hij gedurende het verhaal maakt zijn één voor één schitterende typetjes. Je ziet ze als het ware al voor je neus zitten, zo goed omschreven zijn ze. Het verhaal is droog en zeer komisch beschreven en leest als één groot avontuur.

Het verhaal in het heden (de ontsnapping uit het tehuis en het avontuur wat daarop volgt) wordt afgewisseld met Allan’s levensverhaal, dat al even avontuurlijk is. Hierdoor kan het af en toe wat moeilijk schakelen zijn als je net in een boeiend stuk van het verleden zit en het verhaal gaat weer verder in de tegenwoordige tijd. Maar omdat de verschillende tijden in het boek netjes zijn afgebakend met verschillende hoofdstukken en elke hoofdstuk netjes afgerond wordt, is het switchen geen groot probleem. Het maakt het verhaal juist spannender; als je in het heden leest, wil je weten hoe zijn ontmoeting met president Truman in de jaren veertig afgelopen is. En als je in het verleden aan het lezen bent, vraag je je weer af wat ze nu toch met die olifant gaan doen in 2005. Hierdoor leest het boek lekker snel weg en verveelt het niet. Een heerlijk boek over een oude man die een dolwaas leven heeft geleid en nog steeds leidt!